Kefalonia is één van de grootste eilanden van de Ionische archipel, een eiland vol tegenstellingen, een mengeling van agrarische- en natuurgebieden, schilderachtig akkerland en wijngaarden, ruige bergen, eenzame baaien en wouden van cipressen. Deze mix bezorgt de wandelaar onvergetelijke reiservaringen: het contact met de gastvrije inwoners bij een glas rode of witte wijn, de ontmoetingen op de terrasjes in de pittoreske havens zoals die van Assos en Fiskardo, de stilte en het desolate in bossen en op hooggelegen paden van waar je, ginds in de diepte, de blauwe zee kunt zien. Kefalonia is een onbedorven wandelparadijs.

Ithaka is een veel kleiner eiland maar nog rustiger. Zelfs in het hoogseizoen vind je makkelijk een strandje tussen de rotsen waar je helemaal alleen bent. Ook de hoofdplaats van het eiland, het stadje Vathi, is een oase waar het leven rustig verder kabbelt. Je verblijft er in een hotel aan de baai. Heerlijk, die smalle straatjes met pastelkleurige huisjes, versierd met uitbundig bloeiende bougainvillea en vijgenbomen. Vanop een terrasje, met een kopje Griekse koffie, kun je wel uren kijken naar het gezapige leventje op het eiland. Maar je gaat ook wandelen want het binnenland van Ithaka is paradijselijk mooi. Vanaf het hooggelegen Katheron klooster gaat het elf kilometer lang in dalende lijn, over de flanken van de Neriton berg. Er zijn vergezichten over de Ionische Zee en via het dorp Anogi, nog een juweeltje, kom je in Kioni. Daar wacht een lunch aan de haven en een zwempartij op het Filiatro strandje.

Acht dagen vakantie op de Ionische Eilanden is zo voorbij, met wandelingen van pakweg tien kilometer op Kefalonia en Ithaka, met een aaneenschakeling van onvergetelijke ervaringen, verrassingen achter elke bocht, achter elke hoek van de straat.